Mensen kijken..
Terwijl ik naar de persoon op het bankje kijk besef ik wederom dat ik in een paar seconden deze man al beoordeel als simpel en niet erg competent. De man van in de 40 heeft overgewicht, zwart, kort, plakkerig haar en is gekleed in een set oude kleding. Het lijkt of de beste man zijn pyjamabroek nog aan heeft en er zitten witte verfspetters op zijn versleten schoenen. Zenuwachtig speurt hij het spoor af, voorbij het perron, opzoek naar de te verwachten trein die enkele minuten vertraging heeft. Naast hem staat een grote zwarte reistas die hij angstig bewaakt wanneer er mensen naast hem willen komen zitten, communicatief niet vaardig bedenk ik. Of ik het nu wil of niet, deze eerste indruk staat in mijn geheugen gegriefd en ik heb de man in luttele seconden al beoordeeld, eigenlijk veroordeeld.
Ik ben in Lincoln, een stadje 200 km ten noorden van Londen, deze keer eens niet aan zee en niet met een schip. Een van mijn beste vrienden studeert hier en alhoewel Engels bier bij mij niet bekent
staat om zijn kwaliteit werd het na 4 maanden hoog tijd om weer eens de dingen des levens te bespreken, toekomst en verleden uit te diepen en besluiten dat we 10 levens tekort komen om al onze
dromen nog waar te maken en de wereld te verbeteren.
Lincoln is een stad in het graafschap Lincolnshire en telt zo'n 85.000 inwoners waarvan een groot deel student is aan de University of Lincoln. Het meest prominent in de stad is de Kathedraal die
voluit 'The Cathedral Church of the Blessed Virgin Mary of Lincoln' heet, een mond vol , maar dat mag ook wel voor de enorme toeristen trekker. Het geeft de typische sfeer van een Brits
stadje weer en ondanks het grijze weer is het er lekker druk.
Met dit eindeloze verlof heb ik tijd genoeg om een van mijn grootste hobby's te beoefenen: mensen kijken en dus mensen genoeg in Lincoln. Een van de lastige dingen die ik al direct merk als ik in
Groot-Brittannië aankom is dat ze niet alleen links rijden, maar ook links lopen, iets wat dus resulteert in wat onschuldige botsingen en zolang ze niet blond haar heeft en blauwe ogen hoef ik de
meeste Britten niet van zó dicht bij te bekijken..
De Eurostar brengt mij vanaf Brussel onder het kanaal door waar ik in de volgende trein stap op King Cross in Londen en dan nog een boemeltrein van het kaliber dat wij in Nederland al decennia hebben afgeschreven. Twee nachten stappen in Lincoln waarna die zelfde boemeltrein me weer terug brengt naar Londen. Hier heb ik een kamer geboekt in residence Leijdekkers, maar omdat mijn gastheer pas na zessen beschikbaar is duik ik 'the Underground' in en loop ik via Piccadilly Circus naar Buckingham Palace, uiteindelijk strijk ik neer in Hyde Park waar ik ‘beoordeel en veroordeel' tot mijn neef en gastheer klaar is op zijn studie. Nog zo iemand die Nederland heeft verlaten voor een studie in het buitenland. We praten die avond weer over de dingen des levens en hoe de wereld verbeterd zou moeten worden terwijl we genieten van het dooie Engelse bier.
Eerder die dag in Hyde Park, tussen de overige miljoen mensen in Londen valt mijn beoordelend oog op een man van in de 40 met overgewicht, zwart, kort, plakkerig haar en is gekleed in een set oude
kleding. Het lijkt of de beste man zijn pyjamabroek nog aan heeft en er zitten witte verfspetters op zijn versleten schoenen... De zwarte tas staat weer naast hem op de bank maar staat nu open, met
daarin enkel een boek, de man zit echter niet meer zenuwachtig te wachten op een trein zoals eerder die dag maar is intensief bezig met het afstellen van zijn radio op schoot. Ik hoor de geluiden
van U2 met 'In the name of love'.
Terwijl ik langsloop geeft de man totaal geen teken van herkenning, ik ben één van de velen die langs zijn bankje loopt en lijkt mij niet te beoordelen nog te veroordelen. Een stukje verderop draai
ik me om en bekijk de man nog eens goed, ik veroordeel hem nu op een andere manier. Hij is een man die vanuit Lincoln naar hartje Londen is gereisd -wat hem ongetwijfeld een rib uit het lijf was-
om op een bankje in het park naar de radio te luisteren en een boek te lezen. Hij veroordeeld niemand om zich heen omdat alle mensen hem al veroordelen en heeft aan één leven genoeg om zijn dromen
te laten uitkomen, muziek luisteren in Hyde Park.
Zo'n man is een wereld verbeteraar omdat hij tevreden is.
Ik zou een voorbeeld aan hem moeten nemen..
Martin Verweij
Desolaat
Desolaat, dat is het juiste woord, een sfeer van verlatenheid die tot op het bot te voelen is.. De bomen ruisen er anders en de vogels fluiten er een andere toon, een toon van machteloosheid tegen de natuur. We krijgen en nemen erg veel van de natuur, maar hier op Montserrat overwint de natuur het echt van de menselijke hand en machine. Op 18 juli 1995 begon de aarde te protesteren wat zich uitte in een uitbarsting van de vulkaan Soufriere Hills, maar ze hadpas echt grote gevolgen voor het eiland in 1996. De hoofdstad Plymouth werd op tijd geëvacueerd en overgoten met alles vernietigende lava. Desondanks vielen er 19 doden, bewoners die weigerden het verboden gebied te verlaten.
Hoewel we normaal gezien 12 uur per, dag 7 dagen in de week werken aan boord, strijkt de kapitein zo nu en dan eens over zijn hart door de bemanning wat vrije tijd te gunnen. Met onze wacht krijgen we de kans om een middag Montserrat te verkennen. We huren een taxi waarbij de chauffeur in het voorbijgaan alle winkels en bedrijfjes van vrienden en familie begint op te noemen. Niet echt wat wij willen weten, we willen rimboe en veel groen, na het eentonige blauwe water. Zelf had ik verhalen gehoord over de spookstad op dit eiland en wanneer we de beste man vragen of we daar heen kunnen vertelt hij dat na de uitbarsting in 1996bijna de helft van het eiland verboden gebied is geworden en hij ons daar niet heen kan brengen.
Dan in ieder geval maar de rimboe in! Wat een route van drie kwartier had moeten zijn werd met onze Nederlandse naïviteit een pittige tocht van twee uur waarbij we ons kapmes niet hadden mogen vergeten. Ondanks dat de route van rood/wit veranderde in rood/geel naar rood/zwart, bleven we hardnekkig ontkennen dat we verdwaald zouden zijn, we waren immers in de Cariben en wel op Montserrat! Hoe dan ook na die twee uur zweten en prachtige uitzichten ervaren stond de taxi chauffeur opeens voor ons neus en konden we zo instappen... Uiteraard hadden we even een stop bij de supermarkt nodig om het nodige water en alcohol peil te herstellen en dan smaakt zelfs een koude Heineken lekker!
De volgende stop was het Montserrat Volcano Observatory vanwaar we al een stukje van de lava stroom konden zien. Na nogmaals aandringen over die mysterieuze, verloren stad geeft de chauffeur toch
toe dat het gebied te betreden is -er staat immers geen hek omheen- hij kan ons afzetten aan de rand vanwaar we (wederom) ‘drie kwartier' de grote weg volgen om in het verlaten Plymouth te komen.
We moeten alleen heilig beloven nooit zijn naam te noemen wanneer we gesnapt zouden worden, maar tegenkomen doen we niemand.
De start van dit verhaal schiet nog tekort wanneer we een leegstaand huis binnen gaan, het bankstel en de salontafel staan nog zoals ze zijn ingericht en op de vloer liggen ingelijste familie en
trouwfoto's. In de keuken staat een fles aangebroken Jack Daniëls, aan de muur hangt een kalender van 1996 en dit alles overdekt met een dikke laag vulkaanstof. Als we de grote weg blijven volgen
opent zich veruit het meest indrukwekkende beeld wat ik tot nog toe in mijn leven ervaren heb. Een zwarte gletsjer komt versteend van de berg afgelopen, in de verte staan de flatgebouwen tot hun
middel in de lava en is een deel (naar speculatie van ons) weggevaagd. Alles overgelaten tot 14 jaar natuur, met de kracht van water, wind en vuur zijn daken weggerukt en delen van huizen, bruggen
weggespoeld. Dakspanten zijn gesmolten en auto's zo plat als een dubbeltje.
Het is de schemer die mij er van weerhoud om verder de stad in te lopen enbij onze terugkomst bestoken we de chauffeur met de vragen over het hoe en waarom. Waarom de mensen niet terug gekeerd zijn
naar hun ouderlijk huis en het blijkt dat wij -behalve een groepje plunderaars- tot een klein gezelschap behoren dat hier binnen gaat. Mensen zijn noodgedwongen gevlucht,naar een ander eiland
verhuisd en daar geaard. Er is even sprake geweest dat de Britse overheid het complete eiland wilde evacueren en onze chauffeur heeft dan ook tijdelijk bij familie in Engeland gewoond.
Na een dag wandelen moeten de ervaringen nodig weggespoeld worden met wat 'Carib', maar blijft iedereen er erg stil onder. Nu een week later ben ik in de mogelijkheid om mijn indrukken op papier te zetten, iets wat weer oplucht en me leert relativeren dat het niet alleen de mentaliteit van de mensen is, maar deze eilanden ook hevig onder invloed zijn van de natuur. Een aantal dagen eerder zagen we Dominica -een van de armste landen van de Cariben- met op haar stranden verlaten scheepswrakken en armoedige huisjes. Daar werd verteld dat pech na ongeluk en orkaan na tropische storm de mens en schatkist doen uitputten.
Het land waar ik vandaan kom vocht in '53 tegen water en worstelde tot het boven kwam. Deze eilanden verdienen de woorden 'Luctor et' zeker in hun vlag maar 'Emergo' kan daar nog niet aan worden toegevoegd..
Martin Verweij
(Voor de niet Zeeuwse lezer:) In de Zeeuwse vlag staan de Latijnse woorden 'Luctor et Emergo' wat 'Ik worstel en kom boven' betekend.
De juiste koers..
Het zand tussen mijn teenslippers schuurt het eelt van mijn voeten en na twee Premium Caribbean Lager begin ik al langzaam te zweven. Ik luister naar de 80's Music op de achtergrond die overstemt wordt door het geruis van palmboom bladeren. Hier en daar hoor je het getoeter van auto's, want hier op Sint Maarten staat altijd file waarin iedereenelkaarbegroet. De huizen zijn van beton en geschilderd in de meest felle kleuren, een wegdek was nog net te betalen maar alles daar omheen is onafgewerkt en ligt er zoals het daar ooit is achter gelaten..
We zijn met de Stad Amsterdam aangeland in de Cariben , na een woelige oversteek van 2,5 week waarbij we lang hebben moeten zoeken naar de passaat winden en die uiteindelijk ook snel kwijt raakten. De motor heeft meer dan 10 volle dagen moeten draaien en dat is niet hetgeen waar dit schip voor gebouwd is. Eenmaal gepakt door de wind deed het haar werk en zo komen we toch nog een avond te vroeg aan, we gaan voor anker bij Ille de Tintimare. Tijd de bevrijding van het schip en een zwempartij in het warme Caribische water terwijl je de witte zandkorrels onder je voeten voelt.
Het is kort genieten, want de volgende dag al maken we ons klaar voor de belangrijkste cruise van het jaar. De eigenaar Frits Goldschmeding komt met zijn familie en vrienden de kerst en oud en nieuw vieren aan boord. Deze reis moet alles nog niets iets beter zijn dan perfect, wij doen ons best als deckcrew en service, maar de officieren lopen op hun tenen en de kapitein heeft er slapeloze nachten van. Na twee dagen blijkt ook dat deze gasten gewoon mensen zijn en nog veel liever zien dat wij deel uitmaken van de familie dan dat we ons afzijdig en professioneel opstellen. De kerstverlichting, bomen en ballen maken het een beetje kerstmis, maar wij blijven 24 /7 werken en een kerstdiner van 25 minuten tussen de bedrijven door voelt toch niet echt knus en huiselijk.
Ondertussen varen we wel door één van de mooiste zeilgebieden ter wereld. Iedere dag laten we weer in een andere baai ons anker vallen en vaart de sloep naar het volgende witte strand om de gasten te laten genieten van het ultieme klimaat. Vanaf Sint Maarten zetten we koers naar de Britse Maagden Eilanden tot we met oudjaar tussen de grootste jachten en crème de la crème ons vuurwerk afsteken om het nieuwe jaar in te luiden.
Hoewel ik niet voor het eerst mijnkerst en Nieuwjaar buiten Nederland vier is het toch moeilijk voor te stellen hoe het er aan toe gaat in Nederland. Sinds mijn vertrek in november ontvang ik telkens berichten van dikke lagen sneeuw en ijs terwijl bij mij de temperatuur stijgt. Het leven aan boord grijpt mij dan ook nog intensiever van voorheen waardoor het moeilijk is me ter verplaatsen in die andere wereld waar ik woon. Ik voel me gespleten wanneer ik denk aan thuis en ben zelfs bang voor het leven waar ik terug naar toe moet. Het worden 2 maanden in Nederland waar ik mijn aanvulling voor de zeilvaart ga halen op de zeevaartschool in Enkhuizen. Nadien stijgen mijn kansen om stuurman te worden aan boord van de stad Amsterdam en die investering kan ik niet laten lopen.
Allemaal fantastische vooruitzichten maar het loopt niet samen met mijn gevoel. Het leven speelt zich nu af, terwijl ik samen met mijn Caribische biertje dit verhaal zit te typen. Het leven wat zo easy going is in dit stukje Nederlandse Antillen past op dit moment beter bij de net afgestudeerde Martin, dus geniet ik met volle teugen en wil ik me alleen maar zorgen maken over de bodem van de fles die in zicht komt en welke tent ik straks weer verzeild geraak! Ondertussen bedenkt de andere helft van mij dat keuzes nu gemaakt moeten worden en ik met mijn verstand verder zal komen dan de korte gedachte die overal zichtbaar is op dit eiland. Alleen de toekomst zal uitwijzen wat mijn beste koers is en die koers is op een zeilschip helemaal afhankelijk van de wind. Ik waai wel mee,
Martin Verweij.
Santa Cruz de Tenerife,
Een mond vol van zwoele Spaanse woorden die mij altijd het beeld van warme zon, witte stranden, palmbomen en een vaste passaatwind over helder blauw water hebben gegeven. Wanneer 13 november Tenerife opdoemt uit de mist is het met 18 graden bij zekerheid warmer dan op de Schelde, maar blijft de aanblik van zwarte rotsen overdekt met een dik pak depressieve wolken toch een beetje teleurstellen. De overtocht vanuit Lissabon was echter nog veel belovend die we nagenoeg geheel zeilend hebben volbracht. Na het afstaan van een trui drong overdag de geur van zonnebrandcrème je neusgaten binnen en begon ieders witte gezicht rood te kleuren.
We stappen wederom in de voetsporen van Darwin tijdens de twee weken cruises langs verschillende Canarische Eilanden. Er is een bioloog aan boord die tijdens de trips uitleg geeft over de flora,
fauna en ontstaan van de eilanden. Uiteindelijk hebben de tochtjes in de verste verte te maken met Darwin of het Beagle project afgelopen jaar. Darwin zelf zette hier nooit voet aan wal omdat men
destijds bang was dat de opvarenden van de Beagle ziektes zouden overdragen. De interesse van de gasten loopt ook ver uiteen, komt de een om vakantie te vieren wil de ander liever actief mee werken
om zeil te zetten en is de laatste meer geïnteresseerd in de eilanden zelf.
Een half luxe opstappersreis waar de regels normaal niet te streng zijn of een actieve cruise, het zijn voor de crew in ieder geval twee slopende weken waarbij we wisselen van dagwacht naar
zeewacht en weer een nachtwacht. Daar tussendoor lonkt de gastvrijheid van Spaanse restaurantjes en de nachtelijke avonturen die een zeeman over zichzelf afroept, of is het gewoon omdat we allemaal
jong en vrij zijn op plekken waar we anders de volle pot vakantiegeld aan moeten besteden?
Terwijl we van Tenerife naar La Palma hoppen en vervolgens La Gomera aandoen blijken de eilanden toch meer te bezitten dan zwarte rotsen en een regenachtig aanzicht. De 7 eilanden met een totaal oppervlakte van 7492 m2 hebben één ding gemeen, als resten van vulkanische uitbarstingen steken ze stijl omhoog uit de diepte van de oceaan. Afhankelijk van de hoogte komt er een grote variatie van planten voor, van lage begroeiing en (toch) Palmbomen tot dennenbomen, cactussen en wanneer je maar hoog genoeg komt houdt de vegetatie op. Na een dag slecht weer kleurt de top van Pico Teide zelfs wit van de sneeuw, met haar 3717 meter is dit dan ook de hoogste top van Spanje. Ik blijf veilig op zeeniveau waar het klimaat zeker zo wisselend blijkt als de flora. Zo schijnt de zon in al haar glorie en klimt de temperatuur op tot boven de 25 graden terwijl het een half uur later weer zachtjes begint te miezeren. De wind kan flink doorwaaien zodat we op een bepaald ogenblik over de 40 knopen ervaren en de volgende avond hangt het canvas droevig te klapperen op de oceaan deining.
Alhoewel ik Nederland nog maar net verlaten had werd ik al weer bevoorraad met hagelslag, chocolade letters, stroopwafels en een verse Donald Duck wanneer mijn zus een welverdiende vakantie komt vieren op Tenerife, daar staan deze eilanden immers toch bekent om. Mijn beeld is helemaal aangepast en na twee weken zonder enige regelmaat ben toe aan de oversteek naar het westen. We stellen ons vertrek noodgedwongen uit vanwege stakend Spaans vliegverkeer, maar wanneer het heerlijk avondje is gekomen gooien wij de trossen los en zetten koers naar het zuidwesten. Op zoek naar de Passaatwind, regelmaat van zeewachten en de heerlijke rust van de oceaan, 360 graden uitgestrekt blauw, onderbroken door witte golftoppen. Liefde, lust en genot vallen vertrouwd tezamen wanneer ik me staande houd op het schip en in de wereld.
Martin Verweij
Macht
Het schip ligt even in de schaduw van acht meter hoge muren van donkerblauw water, voor ze weer omhoog gedrukt wordt door Archimedes. Ze geeft ons even uitzicht over het slagveld van golven met brekende witte koppen. Snel daarna wordt het licht in je buik want we schieten naar beneden, tot de G-krachten je lichaamsgewicht als het dubbele laten aanvoelen als het schip weer in het diepste van het golfdal beland. Bakboord, stuurboord niets dan angstaanjagend oceaanwater en wanneer je aan lij blijft staan waarschijnlijk een dikke witte brekende golf in je laarzen.
We varen Brest uit, de golf van Biskaje in. Een berucht stukje water, zeker in het najaar wanneer de depressies over de noord Atlantische oceaan de golven doen opbouwen tot over de tien meter en
meestal nog groeien wanneer ze het continentaal vlak bereiken. Door de noord en westelijke winden zijn de westkust van Frankrijk en noordkust van Spanje altijd lagerwal en worden schepen altijd
naar ondiepe wateren geblazen. Wij wachten het ergste van de storm af voor we de sombere maar zeker mooie kust van Bretagne verlaten en koers zetten naar Lissabon. Een ander voordeel van dat
wachten is dat de wind nu naar het noorden is geruimd en we dus zeil kunnen zetten.
Het dek is nu alleen te betreden met een veiligheidsharnas en de uitkijk staat terug getrokken op het sloependek. Halverwege de in mast op zo'n 15 meter, lijkt het slagveld van zo-even een kalm
zeetje en het gevoel van macht over de zee groeit wanneer ik daar boven zeil sta los te knopen. Tegelijk ben ik een nietig poppetje wat geen enkele invloed heeft op het donderend geweld wat zich om
mij heen afspeelt. We zijn een notendopje in een immens diepe badkuip van zout water...
Eenmaal onderdeks is het vechten met de afwas, jezelf en alle rondvliegende inboedel. Wanneer er dan nog toiletten en douches schoon gemaakt moeten worden heeft achteraf ook mijn maag even nodig om weer eten te verwerken. Na twee nachten van drie uur productieve slaap buigen we verder af naar het zuiden, langs de kust van Portugal. Hier staat 364 dagen per jaar een noorden wind en laten wij nu net op de 365e dag de wind uit het zuiden hebben. De zeilen weer opgedoekt en slingeren maar, van paaltjes pikken een week geleden, geeft de oceaandeining ons nu afwisselend een slagzij van 20 graden stuurboord naar 20 graden bakboord. Drie uur productieve slaap in de volgende nacht doet mijn humeur er niet op vooruit gaan en dat machtige gevoel is allang vertrokken wanneer in de vierde nacht de oranje gloed van Lissabon aan de horizon verschijnt. Op de ankerplaats slaap ik gelukkig een goede nacht voor we weer Ponte de Abril passeren. In een van mijn eerdere verhalen heb ik duidelijk verwoord waarom Lissabon zo mooi is en dat is in drie maanden niet verandert. (check mijn verhaal 'Lisboa' op: http://www.columbusmagazine.nl/europa/portugal/lissabon/reisreporter/blogs/3154.html )
Na een nacht langzij, een kleine stap aan de wal en een kater vertrekken we al weer zuidelijker. Een kleine helling van het schip kondigt nog één regenbui aan en doet iedereen even rond de
snelheidsmeter verdringen, want we schieten opeens met dik 12 knopen door het water.
Santa cruz de Tenerife voor de boeg, stijgende temperatuur, een licht dansend schip, zon, zeil...
We kunnen nu langzaam afstand doen van een trui en zeilpak. Bij het uitvaren van Lissabon slinger ik zachtjes boven in de mast. Met uitzicht over uitgestrekt water en de Portugese rotskust achter me begin ik me weer machtig te voelen, de oceaan lijkt weer bedwingbaar
Martin Verweij
Paaltjes Pikken
Het hol van de leeuw, Rotterdam, uitgerekend daar stap ik na dik twee maanden verlof weer aan boord van de Stad Amsterdam. Een week of vijf had ik er voor nodig om die zes maanden aan indrukken van de wereld te verwerken en weer met mijn voeten op de Zeeuwsch-Vlaamse-klei te belanden. Het was eind augustus een rustgevende gewaarwording om vanaf de Westerschelde de welbekende duinen te zien en -al was het een iets andere boot- ook hier aan te komen vanaf zee, het overtochtje wat ik eerder zo vaak vervloekt heb kreeg een heel andere betekenis. Thuis..
Zo vertrok ik maandag 1 november ook weer met de veerboot naar Vlissingen, om naar die andere mooie boot te gaan. Dit maal voorbereid op wat komen gaat, een bekend schip met bekende mensen, maar een nieuwe functie en nieuwe havens voor de boeg. Nu ik mijn diploma 'Maritiem Officier Alle Schepen' heb behaald hoef ik niet meer in de boeken en is het geen half jaar uitputting, maar kom ik na tien weken al weer terug thuis. Alhoewel ik als stuurman of machinist kan gaan varen, monster ik aan als matroos om die missende ervaring op te doen met dwarsgetuigd zeilen, met het doel om stuurman te worden op het mooiste schip onder Nederlandse vlag.
Met tranen in mijn ogen (van plezier) of eigenlijk met natte wangen van de regen verlaten we grijs en somber Rotterdam richting Brest in het zuidwestelijke puntje van Bretagne te Frankrijk. Was er die zondag nog nauwelijks een rimpel op het water, waaide er dinsdag ochtend een straffe westelijke windkracht 7. Niet handig voor een zeilschip dat nauwelijks aan de wind vaart en niet handig voor mensen met wat zwakke zeebenen. De golven op de Noordzee zijn relatief erg kort vergeleken met een oceaangolf, door die korte afstand stampt het schip met haar 1038 ton telkens in de volgende golf. We krijgen dan direct te maken met de eerste, tweede of was het nou die derde wet van Newton, die wet van 'massa traagheid' in ieder geval. Terwijl de romp gestopt wordt in haar voortgang, beweegt 450 m2 tuigage en de hele inboedel gewoon verder. Dit zware stampen van het schip wordt ook wel ‘paaltjes pikken' genoemd, wat overigens niets te maken heeft met Amsterdammertjes of criminele activiteiten..
Met een gangetje van 3, misschien 4 knopen trekken de krijtrotsen bij Dover bijzonder langzaam voorbij. Daarbij komt de stevige stroom door het Kanaal ons om de 6 uur nog eens tegen werken ook. Maar de Clipper zou de Clipper niet zijn als het ook nu weer lukt om volgens planning om 8 uur zaterdag ochtend aan te komen in Brest. Het vraagt uiteindelijk wel wat creatieve navigatie door een stukje af te snijden, maar de gasten zitten op tijd in een (stabiele) trein richting Nederland.
Inmiddels ben ik ook weer een jaartje ouder geworden en toegezongen in zes verschillende talen, van Russisch tot Deens en van Spaans tot Bulgaars en allemaal lijkt het op happy birthday to you.. Altijd apart om te verjaren wanneer je niet thuis bent, maar er waren toch veel mensen op mijn feestje en ze bleven nog lang ook!
En dan nu Brest?.. Och dat is ook regenachtig en grijs, maar ook een beschutte haven om ons te beschermen tegen de windkracht 12 die de beruchte golf van Biskaje teistert. Twee extra dagen in de haven zodat er geen paaltjes meer gepikt worden door het schip, maar pikken de bemanning wel mooi een paar lokale biertjes mee, voor de ingeslingerde zeebenen me in één rechte lijn naar 'huis' lopen.
Martin Verweij
Welkom op mijn Reislog!
Hallo en welkom op mijn reislog!
Omdat het vorige blog een beetje onoverzichtelijk was, een nieuw adres. Vanaf nu zul je hier dan ook regelmatig nieuwe verhalen en foto's vinden, en via de kaart weet je altijd precies waar ik me bevind en waar ik ben geweest! Meer informatie over mijzelfvind je in het profiel. De komende 2 1/2 maand reis ik via Frankrijk naar Lissabon, de Canarische eilanden naar St. Maarten waar ik kerst en oud & nieuw ga vieren!
Wil je automatisch een mailtje ontvangen wanneer er een nieuw verhaal of een nieuwe fotoserie op deze site staat? Meld je dan aan voor mijn mailinglijst door je e-mail adres achter te laten in de rechter kolom.
Ik zie je graag terug op mijn reislog en laat gerust af en toe eens een berichtje achter!
Leuk dat je met me meereist!
Groetjes,
Martin
SAIL
Tussen het geeuwen, de slaap uit mijn ogen wrijvende genoot ik nog van de laatste week aan boord. We hebben wederom een spectaculaire start, dit maal voor de kust van het slaapverwekkende dorp Hartlepool, aan de oostkust van Groot Brittannië net onder New Castle. Op een halve minuut na het startsein vliegen wij de startlijn over en houden die eerste positie de volgende 6 dagen op de Noordzee vast. Er zijn zogenaamde waypoints vastgesteld waartussen de afstand is gemeten. Na het ronden van een bepaald waypoint is dus bekent hoeveel zeemijlen het schip heeft afgelegd. Het is nu ieders beslissing om te zien welke waypoints het meest gunstig liggen ten opzichte van de wind en hoe dus de meeste mijlen te behalen zijn.. Bij de finish zijn wij de eerste in Class A en 3e in het eindklassement.
Voor mij is het uiteindelijk een race met mezelf om alle zaken met school af te ronden, mijn tas ingepakt te krijgen en zo zachtjes aan afscheid te nemen van een leven aan boord de Stad Amsterdam. Een laatste ervaring staat echter nog op me te wachten wanneer we de sluis in manoeuvreren op de ochtend van de Sail IN naar Amsterdam. Tot onze grote teleurstelling wordt Willem-Allexander niet vergezeld door zijn Argentijnse, maar daar is de feestvreugde in het Noordzeekanaal niet minder om. Bij het openen van de sluisdeuren worden we overweldigd met getoeter en zo ver het oog reikt, bootjes bootjes bootjes. Vreemde bootjes met normale mensen, of vreemde mensen met normale bootjes, alles vaart rond en lijkt op ons te wachten. Als vlaggenschip van de SAIL 2010 is het uniek om boven in de mast zeil te ontvouwen terwijl mensen naar je wijzen en als je zwaait, er honderd of misschien tweehonderd mensen terug zwaaien. Zo'n 48 meter verheven boven de menigte lijkt het een grote gaos die zich langzaam naar het EI beweegt, toch geeft het ook een rustig gevoel omdat ik nu deel uitmaak van die bemanning.
Vanaf 23 februari heb ik de kans gehad te zwemmen in de Indische Oceaan, wakker te worden op het strand van Mauritius, uitzicht genoten over twee oceanen, vanaf de Tafelberg in Kaapstad. Ik heb stormen met een rechte rug doorstaan en 6 maanden mijn hut met 3 anderen gedeeld. Ik heb op Kaapverdische Eilanden Ego kunnen drinken terwijl we op een niet passend slangetje lagen te wachten. Gezweet en gevloekt, ja, zelfs gehuild en naar huis gewild maar wel in twee weken Valencia kunnen ontdekken tot ik er bij neerviel. Het Nederlands elftal zien verliezen voor de Spaanse kust, de nauwe straatjes van Alfáma in Lissabon kunnen verkennen en me thuis gevoeld bij het zicht op een regenachtige Nederlandse kust. Het waren de laatste weken dat ik mezelf voort sleepte op paracetamol tot ik daadwerkelijk met mijn spullen in de deuropening bij moeders stond.
Behalve dat ik nu hoogstwaarschijnlijk mijn maritieme opleiding heb behaald is dat voor mij niet de grote winst van deze 178 dagen stage. Het zijn de ervaringen die ik heb op gedaan, mijn persoon die ik weer een stukje boven mezelf heb laten uitstijgen, maar toch vooral de mensen die ik heb ontmoet en gedag heb gezegd. Het zijn de collega's die vrienden zijn geworden zonder dat ik er eentje kende, het zijn deze mensen die me graag zien terug komen en me bij deze unieke bemanning laten horen.
Hoewel er nog niets vast staat, is dit voor mij wel zeker:
I'll Be Back!
Martin Verweij